Melk, maar dat drinken wij niet

6 augustus 2015 - Melk, Oostenrijk

donderdag 6 augustus 2015 Ybbs an der Donau – Melk

Ons ontbijt nuttigen wij op het terras aan de straat. Een wesp heeft het voorzien op de plakjes gekookte ham. Tot drie keer toe bijt hij er kleine ronde stukjes uit, neemt die tussen zijn pootjes en vliegt ermee weg.

Langs de Donau vervolgen wij onze route. 10 km verder in Pöchlarn is het tijd voor een kop koffie. Vanaf het terras zien wij aan de overkant van het water de Wallfahrtskirche Maria Taferl liggen. Hoog op een heuvel. Uitdagend hoog. Wij weerstaan de uitdaging om een uitstapje daarheen te maken. Later zien wij op internet wat voor een prachtige vroeg-barokke kerk wij gemist hebben.

Weer 10 km verder zijn wij in Melk. Een prachtig stadje, gelegen aan de rivier de Melk. Het Bed & Breakfast waar wij onze intrek nemen, heet Haus zum Nibelungenlied. Op de buitengevel zijn twee strofen van het Nibelungenlied geschreven die op de stad Melk betrekking hebben. Het B&B ligt aan de rand van het stadje. Bij de brug over de Melk. En direct onder het hoog op een rotsformatie gelegen Benedictijner klooster. Wij zijn de eerste gasten voor vandaag. Een compleet appartement staat tot onze beschikking. Zelfs met wasmachine waar wij dankbaar gebruik van maken.

Het Benedictijner klooster steekt in wit-goudgele kleuren statig boven de stad uit. De torens wijzen recht omhoog in de strakblauwe lucht. Met de bouw van het klooster werd al in de elfde eeuw begonnen. Na de grote verbouwing in de eerste helft van de achttiende eeuw is het een schoonheid van barokke bouwkunst. Wij brengen een bezoek aan dit wereldberoemde bouwwerk. Prachtige schilderijen, kelken en monstransen staan tentoongesteld. Wij komen door het keizerlijk vertrek en de marmerzaal. Indrukwekkend is de grote bibliotheek met hele wanden vol handschriften vanaf de 12e eeuw. Het klooster onderhoudt al vanaf de 15e eeuw intensieve contacten met de universiteit van Wenen. De kerk is een en al pracht en praal met veel bladgoud en prachtige plafondschilderingen in dezelfde stijl als die van de bibliotheek en de marmerzaal. Woorden schieten tekort om de schoonheid van alle ruimtes te beschrijven. Tegelijkertijd rijst voor ons de vraag hoe deze wereldse pracht en praal te rijmen viel met de regel van Benedictus: zeven keer per dag bidden, van 7 tot 10 uur handwerk doen en vrijwel nooit het klooster uit. Toeristen uit alle delen van de wereld komen met bussen tegelijk het klooster bezoeken. Zij die met een cruiseboot over de Donau aankomen, moeten vanaf de kade in de brandende zon een kwartier lopen om het stadje te bereiken en dan nog eens een kwartier om de berg op te lopen naar de ingang van het klooster.

Ook maken wij nog een uitgebreide wandeling door de prachtig aangelegde grote kloostertuin. Veel perken met Engelse rozen, maar ook een dennenbos met mooi aangelegde schaduwrijke paden.

De oude stad aan de voet van de berg staat nog vol met oude koopmanswoningen. Een prachtig staaltje van middeleeuwse stedenbouw, waarbij straten en pleintjes tot een harmonieus geheel zijn gesmeed. Op een terrasje drinkt Rianne een Aperol Spritz en Bob een Kaiser bier vom Fass. Later op de avond eten wij in de Sterngasse, een van de oudste straatjes van de stad. Een compact terras in een smalle straat. Wat afzijdig van het drukkere straatgewoel in de straat beneden ons. Om negen uur 's avonds is het nog steeds 34 graden.

Vandaag 29 km gefietst.

Totaal 1639 km.

Foto’s